Tips voor gezichtsherkenning — wat we kunnen leren van autisme en het syndroom van Williams

Een tijd geleden las ik een artikel over hoe je in deze tijd zorgvuldig spreekt over mensen met een aandoening. Zeg je “een gehandicapt persoon” of liever “een persoon met een handicap”? Het laatste verdient de voorkeur — want de aandoening bepaalt niet wie je bent.

Voor autisme ligt dat iets genuanceerder. Volgens dezelfde redenering zou je zeggen: “een persoon met autisme”. Maar in het artikel dat ik las werd uitgelegd dat dit onderwerp bij autisme discussie oproept. De uitwerking van de symptomen is soms zó bepalend voor het dagelijks functioneren, dat mensen zichzelf juist wél beschouwen als autistisch. Klik hier voor dat (Engelstalige) artikel.

Waarom begin ik hierover? Omdat het raakvlakken heeft met het onderwerp van deze blog: tips voor gezichtsherkenning. In mijn vorige blog schreef ik over hoe lastig het soms is om gezichten te onthouden. Voor een klein deel van de bevolking is dat een serieus medisch probleem. Voor velen is het geen officiële diagnose, maar wél een terugkerende uitdaging.

Autisme helpt onze zoektocht naar tips voor gezichtsherkenning

Een van de kenmerken van autisme is een verminderde capaciteit voor Theory of Mind: het vermogen om je in te leven in de gedachten en gevoelens van anderen. Dit heeft ook invloed op hoe gezichten worden gelezen en herkend. Niet alleen is het lastig om gezichtsuitdrukkingen te interpreteren, maar ook om een gezicht later te herkennen.

Een mogelijke oorzaak: autistische personen zijn vaak geremd in sociaal contact. Daardoor besteden ze minder tijd aan het observeren van gezichten. Is dat echt de reden? Daarvoor is het interessant om te kijken naar het syndroom van Williams, dat in zekere zin het tegenovergestelde laat zien. Dit brengt ons ook verder richting de tips voor gezichtsherkenning.

Het syndroom van Williams als spiegel- aanvullende hulp voor tips voor gezichtsherkenning

Het syndroom van Williams is zeldzaam. Mensen met dit syndroom hebben vaak uiterlijke kenmerken zoals grote oren en een verouderde huid, en zijn gevoelig voor prikkels. Hun IQ ligt gemiddeld rond de 69, maar hun taalgevoel is vaak juist goed ontwikkeld. Wat vooral opvalt: ze zijn extreem sociaal en geïnteresseerd in anderen.

En dat maakt ze tot een interessant spiegelbeeld van mensen met autisme. Waar autistische personen sociaal geremd zijn, zoeken mensen met het Williamssyndroom juist veel contact. Ze kijken anderen langdurig en aandachtig aan — en dat heeft effect: ze scoren significant beter op gezichtsherkenning dan zowel autistische personen als mensen zonder aandoening.

Wat kunnen we daarvan leren?

mensen en tips voor gezichtsherkenning

Hoe gezichtsherkenning werkt – en hoe je die kunt trainen

Mensen kijken naar gezichten op een holistische manier: we zien het geheel, niet afzonderlijke onderdelen. We letten onbewust op verhoudingen: hoe staan de ogen ten opzichte van de neus, is een oor wat schever dan het andere, enzovoort.

Bij het syndroom van Williams werkt dat anders. Daar zijn de verbindingen tussen het gezicht-herkennende deel van het brein (de fusiform face area) en andere gebieden die holistisch gericht zijn, minder sterk. Zij compenseren dat door juist bewust te letten op afzonderlijke kenmerken van het gezicht.

Daarbij speelt ook de amygdala een rol: mensen met Williams betrekken hun gevoel sterk bij wat ze zien. Ze voelen dus iets bij een gezicht, en die emotionele link helpt bij het onthouden.

Daaruit kunnen we concrete tips halen:

Vier praktische tips voor gezichtsherkenning

  1. Zoek actief sociaal contact
    Kijk mensen aan, toon interesse en geef je brein de kans om het gezicht echt op te nemen.
  2. Bekijk het gezicht als geheel
    Vertrouw op je automatische systeem: door rustig en aandachtig te kijken, leert je brein vanzelf de verhoudingen herkennen.
  3. Let op je gevoel
    Wat voel je bij een persoon? Door bewust stil te staan bij je eerste indruk, leg je een emotionele link die helpt bij het onthouden.
  4. Zoek bewust naar opvallende kenmerken
    Combineer de holistische aanpak met een bewuste observatie: wat valt op? Grote oren, scheve glimlach, bijzondere ogen? Juist dit helpt bij de latere herkenning.

Herhalen is versterken

Tot slot: oefening maakt het brein sterker. Denk regelmatig terug aan de mensen die je hebt ontmoet. Hoe zagen ze eruit? Wat deden ze, wat hield hen bezig? Welk gevoel kreeg je bij hen? Welke uiterlijke kenmerken vielen op? Door dit te herhalen, verstevig je het geheugenpad naar dat gezicht.

Gezichtsherkenning verbeteren is dus mogelijk — maar het vraagt aandacht en training. Kleine stapjes, veel herhaling, en een open blik op je omgeving. Zo voorkom je dat je gezichten vergeet. Of zoals ik het graag zeg: zo voorkom je gezichtsverlies 😉.

Meer leren over gezichten én namen onthouden?

Onze trainingen bieden praktische technieken en strategieën om je geheugen te versterken. Het zijn trainingen om nooit meer te vergeten.